Buster

Buster

maandag 30 mei 2016

Lost in Translation

Staat bekend als een cultfilm, maar waarom eigenlijk? De filmindustrie wordt getoond als volkomen leeg en Bill Murray is de meest ondramatische acteur die er is. Dat hoort niet bij Hollywood en dan wordt het maar een cultfilm genoemd. Zou het zo werken?
De flaptekst van de dvd spreekt van een einde waarin hij en zij "... een nieuw geloof krijgen in de mogelijkheden van hun beider levens", zo kwam het bij mij niet over. Verdriet om gemiste kansen en daarna in vredesnaam maar weer verder met je leven, daar leek het meer op. Ook niet echt Hollywood.
Geweldig koppel, Murray en Johansson.
Eén grappig detail: als hij in de wachtkamer zit van een ziekenhuis, terwijl zij wordt geholpen, raakt hij in gesprek met een oudere Japanner. Schuin daarachter zitten twee dames die uit alle macht hun lachen proberen in te houden. Echt of gespeeld? Zeg het maar.


zondag 29 mei 2016

Perfect Day for a Picnic

Laurel en Hardy zijn twee fatsoenlijke, doodgoeie mannen met wie het altijd verkeerd afloopt. U weet dat natuurlijk, want u heeft hun films gezien en over hun personages is heel veel geschreven.
Daarom uit een willekeurige korte film (daarin waren ze onovertroffen) één element.

In a Perfect Day willen de heren, met hun echtgenotes, een hond én een oom met een verbonden voet, gaan picknicken.

Het gaat om die verbonden voet, die is heel gevoelig en er mag niks mee gebeuren. Er móét dus iets mee gebeuren, anders heeft zo'n attribuut geen functie. Maar hoe? Maak drie keer dezelfde grap en het publiek gelooft het verder wel.

Wat gebeurt er dus in de film?
De 1e keer slaat hij er per ongeluk zelf op.
De 2e keer wordt de stoel weggetrokken waarop de voet rust én bijt de hond erin.
3: de voet komt tussen de autodeur.
4: iemand gaat erop staan
5: er valt een krik op de voet
6: iemand gaat erop zitten
7: nog een keer de autodeur.

Eerst is er voorpret en daarna wordt de grap herhaald, maar omdat het telkens anders gebeurt, komt er juist méér lach en weet het publiek dat er iets met die voet gaat gebeuren. De boel is omgedraaid: door de grap te herhalen, lacht het publiek harder, als er maar genoeg tijd tussen zit zodat het natuurlijk overkomt en het publiek op adem kan komen.
Daarom zijn die 100-kilometer-per-uur slapstickfilmpjes van bijvoorbeeld The Keystone Cops als je ze nu bekijkt curieus, maar niet echt leuk. Laurel en Hardy zijn nog altijd leuk. Verhaal, personages, montage; het klopt.


zaterdag 28 mei 2016

Pantserkruizer Potemkin

Stomme film uit 1925, die je vaak tegenkomt op lijstjes van beste/invloedrijkste films. Ik dacht dat het zo'n eindeloze film (minstens drie uur) was met pathetische gestes, arbeiders met vlaggen en kunstige lichteffecten.
Dat valt reuze mee, hij duurt 75 minuten en van zwaar gestileerde revolutionairen in Hans Klok-achtige tegenwind is geen sprake. De muziek is wel flink aangezet, maar door het ontbreken van gesproken woord en omgevingsgeluid valt dat extra op. De combinatie dramatische muziek en acteerwerk dat schommelt tussen overdreven en ronduit knullig (je ziet mensen die worden neergeschoten, rustig een plekje opzoeken voordat ze voorzichtig gaan liggen), werkt goed.
Het belangrijkste punt is de montage. Eisenstein was met zijn beeldwisselingen zijn tijd vooruit. Het is alsof je naar een moderne actiefilm zit te kijken, zo flitsen de beelden voorbij.
Goed om hem eens gezien te hebben. Nog een keer kijken? Denk het niet.


woensdag 25 mei 2016

Het Zevende Zegel

Deze dvd stond al jaren in de kast. Zo gaat dat vaak met klassieke films en boeken: ze staan ongezien of ongelezen in de kast. Het was een cadeau, zelf had ik hem niet gekocht. Als het einde van de dvd niet zo gestoord had, zou ik hem waarschijnlijk weer aan iemand anders geven, die hem op zijn beurt, etc. etc.
Ingmar Bergman is nou niet bepaald het lachebekje van de cinematografie. In het Zevende Zegel zijn er luchtige bijrollen, maar de loden ernst van ridder Block zorgt er toch voortdurend voor dat we beseffen hier met een serieuze film van doen te hebben. En dan wordt er ook nog eens heel nadrukkelijk geacteerd, alsof ze voor publiek in de schouwburg staan in plaats van een camera. Het leek op Floris, maar dan ernstig. En de ridder doet me denken aan Lex Immers, voormalig middenvelder van ADO Den Haag en Feyenoord.
Als dit soort dingen telkens door je hoofd spoken, kun je vaststellen dat Bergman en ik niet echt nader tot elkaar zijn gekomen.


dinsdag 24 mei 2016

My Beautiful Laundrette

Destijds ('86 ?) in de bioscoop gezien. Hoogtijdagen van Thatcher/Lubbers/Reagan en toch ook een vrolijk soort defaitisme. Carrièreplanning bestond niet. We hadden allemaal een uitkering, veel tijd en geen kinderen/vaste lasten/hypotheek. Bijzondere film, ik kan me niet herinneren dat ik ooit eerder zoiets had gezien.
Nu ik hem terugzie, valt de vader me tegen: ik vind hem te jong en voor iemand die 24/7 in bed ligt, ziet hij er te goed uit. Omar is grappig, in het begin krijg je niet zo goed hoogte van hem. Dat wordt allemaal duidelijk als hij Johnny ontmoet (Daniel Day-Lewis). En met hem lijkt alles op zijn plaats te vallen; een logische verliefdheid tussen de jongens, maar ook de complicaties in de Pakistaanse familie en de groep waar Johnny bijhoort.
Daniel Day-Lewis is een schoolvoorbeeld van een acteur die een geheim met zich meedraagt. Hij laat nooit het achterste van zijn tong zien, waardoor je blik naar hem gezogen wordt. En hoe doet hij dat? Zijn inleving schijnt op de set meer dan 100% te zijn, maar is dat alles?
De vertaling is aangepast: Ik herinner me dat de oom die wordt gemasseerd door zijn dochters, op een gegeven moment zegt: "Rommel eens met mijn tenen."
In deze vertaling zegt hij: "Speel eens met mijn tenen."
Dat is minder.

maandag 23 mei 2016

Mon Oncle

Vergeet ontspanning/yoga/zen, kijk naar een film van Jacques Tati. Mon Oncle is een opeenvolging van ongekend subtiele humor. Veel running gags, weinig gesproken tekst en veel totaalshots, die met eindeloze precisie werden gefilmd. Geen wonder dat hij maar een paar films heeft gemaakt.
Waarom is hij leuk? Zijn personage is geweldig, Monsieur Hulot is een grote man met een vreemde motoriek, verstrooid en onhandig. Ik vind hem leuker dan Chaplin, dat is meer een mannetje dat het met zichzelf getroffen heeft. Hulot overkomt van alles en hij moet er maar mee zien te redden.
Jaren geleden was de ingekleurde Jour de Fête op het Rotterdamse Filmfestival, met zijn dochter. Ook leuk, maar drukker, meer slapstick. Mon Oncle gaan we nog eens kijken. Honderd keer leuker dan iemand als Louis de Funès. Die doet leuk, Tati is leuk.

Afbeeldingsresultaat voor tati mon oncle